Algemene dekkingsmiddelen, overhead, VPB, onvoorzien

Wat mag het kosten?

Programma: 7. Algemene dekkingsmiddelen, overhead, Vpb, onvoorzien

Bedragen x € 1.000,-

2024

2025

2026

2027

Mutaties per taakveld

0.4 Overhead

1.179

392

281

269

0.5 Treasury

0.61 OZB Woningen

-90

-90

-90

-90

0.62 OZB Niet-woningen

115

0.64 Belastingen overig

0.7 Alg. Uitkeringen en ov. Uitkeringen GF

-290

0.8 Overige baten en lasten

-188

-144

-144

-144

Totaal mutaties per programma

726

157

47

35

Analyse van het verschil tussen begroting na wijziging en rekening
(verschillen groter dan € 50.000 en afgerond op € 1.000)

Taakveld Overhead (structureel nadeel € 1.179.00 in 2024 aflopend naar € 269.000 in 2027)

Personeelslasten (nadeel € 701.212 voor 2024 en vanaf 2025 structureel € 165.755 aflopend naar € 147.531 in 2027)
Personeelslasten bestuur
In de jaarrekening 2023 is een voordeel gemeld binnen de personeelslasten van het onderdeel bestuur omdat de bijstelling van de raming na verschillende indexeringen iets te hoog was uitgevallen. Bij de recente actualisatie van de personeelslasten van het onderdeel bestuur is gebleken dat het voordeel een gedeeltelijk structureel karakter heeft. Voorgesteld wordt om dit voordeel van € 46.343 ten gunste te brengen van de financiële positie.

Personeelslasten ambtelijke organisatie
Op basis van de loonontwikkeling uit de Cao Gemeenten (met een looptijd van 01.01.2024 t/m 31.03.2025) zijn de personeelslasten voor 2024 geactualiseerd. Er is een loonstijging per 1 januari 2024 van 4,75% en een loonstijging per 1 oktober 2024 van 1,25% verwerkt. Op basis van de stelpost loonontwikkeling die wordt gevormd op grond van de circulaires van het Rijk is er in 2024 een voordeel ontstaan van afgerond € 280.000. Voorgesteld wordt het bedrag van € 280.000 incidenteel voor jaarschijf 2024 ten gunste te brengen van de financiële positie. Meerjarig is deze ruimte vooralsnog nodig om de laatste loonstijging per 1 oktober 2024 over de volledige jaren te kunnen verwerken vanaf 2025. Bij de eerste bestuursrapportage 2025 komen wij bij de actualisatie van de personeelslasten hierop terug.

Extra personeelslasten Directie
Met ingang van 1 februari 2024 is de nieuwe gemeentesecretaris/algemeen directeur gestart en heeft de voormalig gemeentesecretaris/algemeen directeur afscheid genomen. De formele datum uit dienst van de voormalig gemeentesecretaris/algemeen directeur is 31 juli 2024 (AOW-gerechtigde leeftijd). Dit betekent incidenteel een extra last van € 41.000 in 2024. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

Taakstelling vrijval vacaturegelden
In de begroting is een structurele bezuiniging van € 100.000 opgenomen die betrekking heeft op personeel. Deze bezuiniging zou jaarlijks gerealiseerd moeten worden door onder andere ontstane vacatures niet direct in te vullen waardoor een financieel voordeel ontstaat. In de praktijk is het tegendeel echter het geval. Wanneer er een vacature ontstaat wordt daar aan de voorkant op geanticipeerd door middel van een overlap met een nieuwe medewerker in dienst of wordt de vacature aansluitend ingevuld op basis van inhuur. In beide gevallen is dit geen besparing maar een extra kostenpost. Het wordt om die reden niet realistisch geacht deze besparing structureel te realiseren. Het college stelt uw raad voor om de bezuiniging te schrappen ten laste van de financiële positie.

Herwaardering en indeling normfuncties HR21
In de achterliggende periode zijn een reeks bestaande normfuncties herwaardeerd of nieuwe normfuncties ingedeeld volgens het gemeentelijk functiebeschrijvings- en waarderingssysteem HR21. Op basis van de definitieve indeling zijn een aantal functies in een hogere functieschaal ingedeeld. Structureel betekent dit een extra last van € 21.500. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

RVU-uitkering
Op basis van de Cao Gemeenten kunnen medewerkers deelnemen aan de Regeling Vervroegd Uittreden (RVU). De werknemer kan deelnemen wanneer uiterlijk 31 december 2028 de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt én hij op de ingangsdatum van zijn deelname aan de RVU 41 jaar in dienst is geweest van een bij het ABP aangesloten werkgever waarvan de laatste 10 jaar van een werkgever in de sector gemeenten. Op basis van deze voorwaarden kunnen zeven medewerkers gebruik maken van de RVU. Op dit moment is er één medewerker die per 1 oktober 2024 gebruik wenst te maken van de RVU tot de AOW-gerechtigde leeftijd (5 september 2026). De totale kosten bedragen in deze periode € 34.000. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

Preventief medisch onderzoek (PMO)
Het PMO (preventief medisch onderzoek) geeft individuele medewerkers inzicht in hun gezondheid, leefstijl en eventuele gezondheidsrisico’s. Zo weten zij wat ze kunnen doen om hun gezondheid te verbeteren en verzuim te voorkomen. Daarnaast krijgt de organisatie (geanonimiseerd) op collectief niveau inzicht in de gezondheid van medewerkers en biedt dit handvaten voor het continu actualiseren van het vitaliteitsbeleid en het bevorderen van de duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Een periodiek arbeidsgezondheidsonderzoek (dat een belangrijk onderdeel van het PMO is) is een wettelijke plicht en moet ongeveer eens per 3 jaar uitgevoerd worden. Binnen onze gemeente heeft het laatste onderzoek langer dan 3 jaar geleden plaatsgevonden en willen we in 2024 een PMO laten uitvoeren. De kosten bedragen eenmalig € 26.000. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

Overige personeelslasten
De groei van de organisatie betekent ook een stijging van verschillende personeel gerelateerde budgetten zoals reiskosten (woon-werkverkeer), thuiswerkvergoedingen, jubilea, verzekeringen, enz. Per saldo betreft dit een stijging van structureel € 46.976. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

Actualisatie afdelingsbudgetten
Het afdelingsbudget, opleidingsbudget en budget bewust belonen wordt gevormd op basis van een percentage van de loonsom. Nu de loonontwikkeling uit de cao 2024/2025 is verwerkt zijn ook de genoemde afdelingsbudgetten geactualiseerd. Dit betekent een structurele last van € 27.024 met ingang van 2024 aflopend naar € 25.693 in 2027. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

Ontwikkelingen financieel systeem
Door de implementatie van het nieuwe systeem key2finance komen we uren tekort door oplopende druk en extra werkzaamheden die op voorhand niet voorspelbaar waren. Daarnaast kan één van de kartrekkers binnen de implementatie van het nieuwe financiële systeem haar rol niet meer vervullen en is hier een alternatief nodig in de vorm van inhuur. De extra inzet zal voor 16 uur worden ingezet op het nieuwe financiële systeem in de vorm van de kartrekkersrol en inrichtingsvraagstukken tussen het oude en nieuwe systeem. Daarnaast hebben we binnen team Financiën afscheid genomen van een collega die met pensioen ging, daardoor moeten we investeren in opleiding/inwerken van een nieuwe collega. Door omstandigheden zal dit langer duren en is nog een half jaar 16 uur nodig ter ondersteuning. De totale kosten bedragen hierdoor € 78.000 in 2024. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

In februari 2024 zijn wij overgegaan naar het nieuwe financiële systeem. De basisfuncties werken nagenoeg. Er zijn veel gegevens overgezet die aangevuld of gecorrigeerd moeten worden. En oplossingen gevonden worden voor geparkeerde knelpunten. Dit alles is noodzakelijk voor een werkend financieel systeem. We verwachten hier tot en met de zomer mee bezig te zijn.

Ook worden de resterende onderdelen van het project opgepakt. De interne rapportages moeten nog vorm krijgen. Ook zullen de onderdelen tijdregistratie en projectenmodule ingevoerd moeten gaan worden. Extra werk, dat deels door eigen medewerkers wordt opgepakt maar ook specifieke kennis en (extra) capaciteit vraagt.

De kosten voor het eerste halfjaar van 2024 zijn gedekt. Voor het tweede halfjaar niet. De verlengde inzet van een inhoudsdeskundige van Key2Financien voor 3 dagen per week, de verwachte gemiddelde inzet van 3 dagen per week voor de begeleiding van de restende projecten en inrichting van de processen in het tweede halfjaar vraagt € 150.000. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

Vervanging personeel bij ziekte (inclusief zwangerschap)
Het ziekteverzuim in de organisatie lag voorheen veelal beneden het landelijk gemiddelde. Vanaf 2021 is er echter een stijging van het verzuim. In 2021 3,7%, in 2022 6,3%, in 2023 6,6% en licht dalend naar 5,9% in maart 2024. Daarmee sluiten wij aan op het landelijke gemiddelde voor de sector gemeenten (6,3% in de eerste helft 2023).

Een specifieke oorzaak voor de stijging is lastig aan te wijzen, maar de hoge werkdruk onder onze medewerkers, mede als gevolg van de krappe arbeidsmarkt, speelt hierin onder andere een rol. Ook hebben we te maken met langdurig verzuim als gevolg van niet werkgerelateerde oorzaken. Daarnaast is er in 2024 sprake van een substantieel aantal zwangerschappen. De WAZO-uitkeringen (n.a.v. zwangerschap) die we van het UWV ontvangen zijn slechts een kleine financiële bijdrage om de vervanging van medewerksters te financieren die met zwangerschapsverlof zijn.

In de begroting 2024 is een budget van € 321.000 opgenomen voor de vervanging van personeel bij ziekte en zwangerschap en gebaseerd op ongeveer 2% van de totale loonsom. Omdat de kosten van inhuur hoger zijn dan de loonsom kan slechts een deel van het ziekteverzuim met dit budget worden opgevangen. Er is in 2024 rekening gehouden met 2% in de verwachting dat het ziekteverzuim in 2024 zou dalen ten opzichte van 2023 en de in de 2de bestuursrapportage 2023 verwachte kosten van € 700.000 in 2024 ook substantieel lager uit zouden komen. Dat is echter niet het geval. De kosten van ziekteverzuim én zwangerschappen in 2024 komen naar verwachting rond de € 1.000.000 uit. Dit zou een overschrijding van bijna € 700.000 betekenen op het beschikbare budget.

Ziekteverzuimbeleid staat hoog op de managementagenda en wordt samen met de nieuwe arbodienst (ArboNed) verder vormgegeven. Tevens moeten wij constateren dat de invloed op het verloop van de huidige lopende ziektegevallen (inclusief zwangerschap) beperkt is. Op basis van het huidige beeld wordt geadviseerd rekening te houden met een incidentele overschrijding van € 500.000 in 2024 voor de vervanging van personeel bij ziekte en zwangerschap. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

In de tweede bestuursrapportage 2024 zullen wij u op de hoogte brengen van de verdere ontwikkelingen van dit budget.

Ontvangen WAZO-uitkeringen UWV
Wanneer een medewerkster met zwangerschapsverlof en bevallingsverlof gaat ontstaat het recht op een WAZO-uitkering van het UWV. Deze uitkeringen, die worden ontvangen door de werkgever, worden vervolgens ingezet om de medewerkster die met verlof is te vervangen. In totaal is dit een bedrag van € 88.854. Dit heeft per saldo een budgettair neutraal effect op de financiële positie.

Hybride werken
Inmiddels werkt de organisatie alweer enige tijd hybride. Om voor de werkgever en de medewerkers een aantrekkelijke, doelmatige en efficiënte werkomgeving te creëren is een extern bureau ingehuurd. Zij brengen de huidige beperkingen rondom het hybride werken (bytes, bricks en behaviour) in kaart en doen verbetervoorstellen om het hybride werken te verbeteren. De kosten bedragen in 2024 € 33.000. Voorgesteld wordt om dit ten laste te brengen van de financiële positie.

Samengevat hebben de bovenstaande mutaties het onderstaande financiële effect.

Taakveld

Onderdeel

2024

2025

2026

2027

Overhead

P-lasten bestuur

-46.343

-46.343

-46.343

-46.343

Overhead

P-lasten organisatie

-280.000

Overhead

Extra p-lasten Directie

41.000

Overhead

Bezuiniging

100.000

100.000

100.000

100.000

Subtotaal

Personeelslasten

-185.343

53.657

53.657

53.657

Overhead

HR21 (her)waardering

21.500

21.500

21.500

21.500

Overhead

RVU-uitkering

4.365

17.460

12.175

Overhead

PMO

26.000

Overhead

Overige pers.lasten

46.976

46.976

46.976

46.976

Subtotaal

Overige pers.lasten

98.841

85.936

80.651

68.476

Overhead

Afdelingsbudgetten

26.714

26.162

25.421

25.398

Overhead

Ontwikk. fin. systeem

228.000

Overhead

Inhuur derden (ziekte)

500.000

Overhead

WAZO-uitkeringen

0

0

0

0

Overhead

Hybride werken

33.000

Subtotaal

Afdelingsbudgetten

787.714

26.162

25.421

25.398

Totaal

Overhead

701.212

165.755

159.729

147.531

(-/- = voordeel/baten, + = nadeel/lasten)

ICT (€ 234.912 nadeel voor 2024 en vanaf 2025 een structureel nadeel van € 84.912)

Telefooncentrale (incidenteel nadeel van € 33.000)
Voor de vervanging van de telefooncentrale was een investeringsbedrag van € 33.000 gereserveerd. Dit investeringsbudget is eerder afgesloten en vrijgevallen. De kosten komen nu ten laste van de exploitatie ICT en in 2024 is een equivalent bedrag nodig om de aanschaf en inrichting van de nieuwe telefooncentrale te dekken. Deze kosten zijn niet voorzien in de ICT meerjarenbegroting. Voor de dekking wordt een incidentele verhoging van het ICT exploitatiebudget gevraagd van € 33.000.

Beeld- geluidsapparatuur raadzaal (incidenteel nadeel van € 33.000)
De apparatuur in de raadzaal (beeld en geluid) geeft steeds meer storingen. Dit maakt duidelijk dat het tijd is voor vervanging. Vanuit de griffie is de raad op de hoogte gebracht van de vernieuwing en aanpassingen van de apparatuur waarbij rekening is gehouden met aanvullende wensen waaronder meerdere camerastandpunten en naamweergave van de sprekers. De nieuwe apparatuur wordt naar verwachting in mei 2024 geïnstalleerd. Met de aanschaf is een bedrag gemoeid van € 33.000.

Deze kosten zijn niet voorzien in de ICT meerjarenbegroting. De apparatuur was destijds met incidentele middelen aangeschaft, net als de inrichting van de raadzaal. Voor de dekking wordt een incidentele verhoging van het ICT exploitatiebudget gevraagd van € 33.000.

Aanbesteding Regiesysteem Sociale Pijler (incidenteel nadeel van € 84.000)
Dit jaar staat de (Europese) aanbesteding van het regiesysteem Aeolus van de Sociale Pijler op de
agenda. In de tweede helft van 2023 is gestart met de voorbereidingen van de aanbesteding door inhuur van ondersteuning om de processen binnen het vakgebied te beschrijven. Dit als voorbereiding op het Programma van Eisen en Wensen dat voor de aanbesteding opgesteld moet worden. De bijbehorende kosten van € 18.000 moeten ten laste worden gebracht van het ICT budget 2024. Voor de begeleiding van daadwerkelijke Europese aanbesteding is de inhuur van externe expertise voorzien (€ 66.000). Naast het begeleiden
van de aanbesteding zelf brengt deze externe medewerker specifieke inhoudelijke expertise mee en zal hij ons inhoudelijk begeleiden in het vervolmaken van het programma van eisen en wensen, voortbordurend op de beschreven processen.

Deze kosten zijn niet voorzien in de ICT meerjarenbegroting. Voorgesteld wordt om de kosten van € 84.000 in 2024 ten laste van de financiële positie te brengen. In de kadernota 2025 zal aanvullend budget worden gevraagd voor de overige incidentele kosten (implementatiekosten en begeleiding) in 2025 en 2026 (frictiekosten dubbele licentiekosten) van het nieuwe regiesysteem.

Aanspraak stelpost prijsstijging 2024 (structureel nadeel € 84.912)
Voor de reguliere indexeringen is vanuit ICT een aanspraak gedaan op de stelpost prijsstijging 2024 voor een totaalbedrag van € 84.912. Het nadeel binnen dit taakveld dient u in relatie te zien met de aanspraak op de stelpost prijsstijgingen zoals benoemd onder taakveld 0.8 programma Algemene dekkingsmiddelen.

Coördinator sociaal domein (incidenteel nadeel € 90.250 voor 2024 en € 104.540 voor 2025)
Er is een tijdelijke derde coördinator in de uitvoering van de Sociale Pijler. Dat is nodig vanwege alle ontwikkelingen in dat veld: veranderende vragen van de inwoners, veranderende opdrachten vanuit beleid, wet- en regelgeving etc. Anticiperend op natuurlijk verloop in het management van de Sociale Pijler verlengen wij deze tijdelijke situatie tot 31-12-2025. Ondertussen onderzoeken wat er nodig is om de organisatie, inclusief de sociale pijler op een toekomstbestendige wijze aan te sturen. Daarmee gaan we het beschikbare budget op de personeelsstaat incidenteel overschrijden voor het lopende jaar 2024 met € 90.250 en voor het jaar 2025 met € 104.540.

Visie op dienstverlening (incidenteel nadeel € 40.000 voor 2024)
Het college heeft besloten een visie op dienstverlening op te stellen om daarmee te blijven bouwen aan een duurzame en toekomstbestendige dienstverlening aan inwoners, bedrijven en organisaties. De eerste stappen hierin zijn het ophalen van verwachtingen van inwoners en ondernemers ten aanzien van de gemeentelijke dienstverlening en het inzichtelijk maken van de bestaande werkwijzen en keuzes op het gebied van dienstverlening. Deze input dient als basis voor de op te stellen visie op dienstverlening. Hiervoor is in 2024 een bedrag van incidenteel € 40.000 benodigd.

Gemeentehuis (incidenteel nadeel van € 76.100 voor 2024)
Er moeten kleine bouwkundige en installatietechnische aanpassingen plaatsvinden (€ 28.350) en uitbreiding of aanpassing van meubilair is noodzakelijk vanwege de toename van het aantal medewerkers of omdat (arbo)wetgeving en/of veiligheidsvoorschriften daarom vragen (€ 10.250). Verder mogen op grond van een wettelijke richtlijn niet langer fluorescentielampen worden toegepast die lood en zink bevatten. Daardoor moeten in de gemeentelijke gebouwen versneld veilige en energiezuinige LED-verlichting en armaturen worden geplaatst. Voor deze maatregel is voor het gemeentehuis een budget noodzakelijk van € 37.500. In totaliteit is voor het gemeentehuis een incidenteel extra budget noodzakelijk van € 76.100 voor het jaar 2024.

Overige kleine verschillen (structureel nadeel van € 36.255 oplopend naar € 36.557 in 2027)
Betreft kleine overige budgetaanpassingen binnen het taakveld overhead. Deze worden niet nader toegelicht.

Taakveld 0.61 OZB Woningen (structureel voordeel € 90.000)
De OZB opbrengsten voor woningen zijn in 2024 € 90.000 hoger door areaaluitbreiding.

Taakveld 0.62 OZB Niet-woningen (incidenteel nadeel € 115.000)
De OZB opbrengsten voor niet-woningen zijn € 115.000 lager dan begroot. Er is bij de tariefbepaling voor 2024 uitgegaan van verkeerde totale WOZ waarden en onvoldoende rekening gehouden met wettelijk bepaalde vrijstellingen en leegstand waardoor de OZB tarieven gemiddeld 6% te laag zijn berekend. Per saldo betekent dit een incidenteel nadeel voor 2024 voor de gemeente en een eenmalig voordeel voor de eigenaren/gebruikers van niet-woningen. Het tarief zal per 2025 worden gecorrigeerd.

Taakveld 0.7 Algemene uitkering (incidenteel voordeel € 290.000)
Hier ziet u het financieel effect terugkomen van de decembercirculaire 2023 waarover u middels een raadsinformatiebrief bent geïnformeerd. Het betreft een incidenteel voordeel van € 290.000 voor 2024.

Taakveld 0.8 Overige baten en lasten (structureel voordeel € 188.000 in 2024, vanaf 2025 € 144.000)

Stelpost prijsstijging 2024 (structureel voordeel € 144.000)
In deze bestuursrapportage is de aanspraak verwerkt op het restant van de stelpost prijsstijging 2024. Het betreft een bedrag van € 144.000 structureel dat u hier als voordeel ziet. Daar staat de ophoging van diverse andere budgetten in deze bestuursrapportage tegenover van waaruit de aanspraak is gemaakt. Zie bijvoorbeeld het onderdeel ICT. Per saldo heeft dit een budgettair neutraal effect in deze bestuursrapportage.

Stelpost beleidsvoornemens (incidenteel voordeel € 44.000)
De stelpost beleidsvoornemens is voor 2024 incidenteel ingezet voor enkele kleine onderwerpen binnen programma 6 en 4:

  • taakveld 5.2 € 19.200 zit in de kleine verschillen binnen programma 6
  • taakveld 3.1 Lokaal economisch beleid € 25.000 zit in de kleine verschillen binnen programma 4.
Deze pagina is gebouwd op 05/27/2024 09:24:19 met de export van 05/27/2024 09:17:45